Over Dordt, Dylan en het Dolhuis…


‘And the times they are a-changing.’ Ik stond in mijn tuin en hoorde Bob over de Spuihaven schallen. Die Bob is Dylan en aangezien hij op die dag (afgelopen maandag) 80 werd, begreep ik dit eerbetoon van een buurtbewoner als geen ander. Want ook al was er in mijn leven op muzikaal gebied natuurlijk wel méér dan louter Dylan… op de een of andere manier was hij op de achtergrond altijd wel aanwezig. Veel van zijn nummers, niet zelden in cover-versies, vormden en vormen nog altijd de soundtrack van mijn leven. Dat tijden veranderen is wat dat betreft nog wel het makkelijkste inkoppertje, want even doormijmerend in mijn achtertuin (er brak daar zowaar even een zonnetje door) concludeerde ik dat het Dordrecht van vandaag in veel opzichten onvergelijkbaar is met die saaie provinciestad uit mijn jeugdjaren, waaruit je als jongeling (dat schreeuwde je van de daken) vooral weg wilde. Een avondje stappen betekende hier vooral veel lopen over de Voorstraat… in mijn geval vooral van ’t Avontuur naar het Dolhuis of De Bombardon. Ter hoogte van de Riva Bar aan de Nieuwstraat, liep je dan altijd nét even wat sneller om een schermutseling met de daar vaak voor de deur rondhangende testosteronchimpanseetjes te vermijden. Da’s me niet altijd gelukt, maar een blauw oog deed soms wonderen bij de meisjes in het Dolhuis, dus uiteindelijk heb ik meer goeie dan slechte herinneringen aan die malle matpartijtjes. In het Dordt uit mijn jeugd kwam Dylan vooral tot me via Stones, Byrds, Clapton of Hendrix. Dat er eigenlijk ene Robert Zimmerman uit Minnesota achter al die wereldhits zat, ontdekte ik pas later.
Het Dordt van vandaag is eigenlijk als de laatste plaat (‘Rough and Rowdy Ways’) die mijn nu 80-jarige held vorig jaar uitbracht. Het raspt, het piept en het kraakt, maar het is nog altijd wonderschoon. Net als mijn stad eigenlijk… die ik, met een beetje hulp van Bob, gelukkig nooit verliet.

Plaats een reactie