Vandaag even twee kleine dingetjes.  Allereerst het volgende: herinnert u zich nog die Stadsbus die als eindbestemming ‘Sterrenbur’ had? Dat was een gevolg van het feit dat ‘Sterrenburg’ (met op het einde die g dus) niet op het elektronische busbordje paste. Tikkie lullig, maar ook weer geen ramp van wereldformaat, al deed het tóch pijn aan de ogen. Datzelfde gevoel heb ik nu met die manshoge letters bij het Stadhuis, die daar – in het kader van de Dordtse Decemberdagen – zo prachtig verlicht het woordje ‘Dordrecht’ vormden. Toegegeven… misschien niet het meest originele idee, maar het zag er toch lekker uit en het object werd (net als ‘opoe’ bij restaurant Knollen & Citroenen aan de Groenmarkt) tientallen malen per dag op de foto gezet. Waarom ik dat allemaal in de verleden tijd schrijf? Omdat vandaaltjes de hoofdletter D van Dordrecht, ruim twee weken geleden alweer, gemold hebben en dus wonen we vandaag de dag met z’n allen dit jaar voorlopig in ‘ordrecht.’ Kinderachtig misschien, maar ik heb daar behoorlijk de smoor over in. Wat mij betreft mogen die letters (hopelijk binnenkort weer inclusief die gerepareerde D) daar trouwens best permanent blijven staan, zij het dan wel in een constructie die meer ‘hufterproof’ is.
En dan nóg zo’n halve ergernis… ik vond het op zich best verfrissend dat de gemeentelijke nieuwjaarsreceptie dit keer niet in het Stadhuis, maar in het Dordrechts Museum plaats vond. Doel daarvan was, volgens mij althans, die bijeenkomst wat laagdrempeliger maken. Feit is namelijk dat dit soort recepties over het algemeen vooral gefrequenteerd worden door bestuurders, politici, ambtenaren en verder vooral binnenstadsbewoners. Niks mis mee hoor, maar die verandering van plek – hoe leuk ook – bracht daar (zo zag ik op de lokale treurbuis, want ik sloeg een keertje over) geen enkele verandering in. Mijn advies… volgend jaar eens in een buitenwijk doen? Sterrenbur schijnt heel leuk te zijn.

PS. De ‘D’ is inmiddels weer teruggeplaatst.