Ik beschik niet over een glazen bol, maar die heb ik ook helemaal niet nodig om te voorspellen dat het hier een voorzichtige en tactisch goed doordachte introductie van een toekomstig melkkoetje betreft.
Waar deze column over gaat? Over een vaantje… op uw bootje… in de Biesbosch.
Het betreft hier een proefballonnetje, dat de gemeente Drimmelen dit jaar gaat oplaten. Dat proefballonnetje behelst dat waterrecreanten die, met een huurbootje of eigen vaartuig, de Biesbosch willen ‘bevaren’ vooralsnog (onthoud dat woordje vooralsnog) op vrijwillige basis, een zogeheten Biesboschvaantje kunnen kopen. Van de opbrengsten van die vaantjes wordt het onderhoud van de voorzieningen in dit natuurgebied betaald. Duur? Mwoah… dát nou ook weer niet. Ik bedoel, wie met een eigen bootje één dagje Biesbosch doet, betaalt vijf euro en wie dit natuurgebied min of meer frequent bezoekt legt – voor een héél jaar – 50 euro neer.
Op zich is het overigens helemáál niet onbegrijpelijk dat Biesboschgemeentes op deze manier proberen wat geld voor onderhoud te genereren; immers, om de toegankelijkheid en veiligheid van dit gebied te waarborgen, is het namelijk belangrijk dat allerhande voorzieningen aldaar (aanlegsteigers, recreatieplekken, strandjes) goed worden onderhouden. Dáár zit, zo blijkt, een behoorlijk kostenplaatje aan en dat kostenplaatje is de afgelopen jaren (varen in Biesbosch is sinds de Corona-pandemie inmiddels een soort nationale bezigheid geworden) alleen maar gestegen. Vandaar dus dat ‘experimentje’ van Drimmelen.
En nu kom ik dus terug op dat woordje vooralsnog: vooralsnog namelijk is die bijdrage geheel en al vrijwillig en vooralsnog doen de andere Biesboschgemeentes (Altena en Dordrecht) niets anders dan dat proefballonnetje van Drimmelen nauwlettend in de gaten houden.
En tja… wat moet ik verder dan nog zeggen? Ik moest ineens denken aan die kleurplaten die ik vroeger als kind nog wel eens mocht meenemen uit een winkel of restaurant.
Daarop stond altijd de volgende tekst: maak het rijmpje zelf af en kleur de plaatjes.