Eerder deze week schreef ik over Dordtse kwesties die maar blijven aanslepen. Ik noemde (helaas voor de zoveelste keer alweer) het Teerlinkpand dat uiteindelijk natuurlijk een keertje letterlijk de grond in gaat zakken, waardoor projectontwikkelaar Van Pelt zijn goddelijke zin krijgt door hier een lucratief appartementencomplexje te kunnen gaan neerzetten. Ik noemde ook dat ‘beloofde’ hotel aan het Vrieseplein, dat er na tien jaar steggelen over allerhande mitsen en maren nog altijd niet staat;  op het bouwterrein (waar trouwens nog maanden geparkeerd had kunnen worden) zie ik momenteel nog geen enkele beweging, terwijl  wel degelijk aangekondigd was dat de voorbereidende werkzaamheden hier in februari toch écht zouden beginnen.
En verder noemde ik dat inmiddels sterk verpauperde pand (met, naar ik begrijp, ernstige funderingsmankementen) aan de Voorstraat Noord, waar de cultuurinstelling DOOR, zeven jaar geleden, op stel en sprong moest vertrekken om plaats te maken voor een woningbouwplan dat er tot op heden nooit kwam. En dan is er ook nog de Biesboschhal, waarvan nog altijd niet duidelijk is wat de bestemming van dit pand gaat worden.
Wat ik in die column nog vergeten ben te vermelden is het vroegere onderkomen van V&D. Wist u dat dit pand inmiddels alweer ruim negen jaar leeg staat? Het voormalige warenhuis zou toch – onder de naam Statenhof – een nieuwe, multifunctionele bestemming krijgen, met appartementen en kantoren en, op de benedenverdieping, winkels en horeca?  Ook rondom dit ‘project’ is het alweer vele maanden verdacht stil. En oh ja… en dan vraag ik me verder ook nog eens af hoe het zit met die bouwplannen (een soort woonhofje?) op het Leen Bakker-terrein, alsmede net het voornemen om een villawijkje te realiseren op dat veld naast Plan Tij, waar nu die tiny houses staan.
Misschien aardig als de gemeente de inwoners van deze stad nou eens, in één perscommuniqué, uitvoerig informeert over de  actuele stand van zaken rondom al deze kennelijk zo ingewikkelde aangelegenheden.