Waterpret op z’n Dordts


Er zijn van die dingen in de binnenstad waar je, met een goed glas chardonnay op een zacht klamme zomeravond in je tuin, even op kunt mijmeren. De Spuiboulevard bijvoorbeeld, waar architectuurwedstrijden lijken te zijn gewonnen door wie het meeste beton kon verwerken. Of dat obesitasbeeld van Willem van Oranje, waarvan ik me altijd afvraag of ‘ie op de Hulk gebaseerd is. Maar goed, zoals de meeste Dordtenaren mopper ik vanuit liefde voor m’n stad. Dan mág het… toch?
En dan is er ook nog die fontein op het Statenplein. U weet wel: die klotsende waterinstallatie ergens tussen ‘net niet kunst’ en ‘technisch mankement.’ Ik had, begin deze eeuw, gehoopt op iets elegants; een statig waterkunstwerk met sierlijke bogen, als een knipoog naar Versailles, Wenen of het ‘gouden’ Dordt van weleer. Maar nee… wij kregen een soort natte grasmaaier op standje sproeier.
En tóch… op een snikhete dag, als het asfalt dampend z’n best doet om je schoenzolen met het trottoir te versmelten, gebeurt er bij die fontein altijd iets magisch. Kinderen, op blote voeten, gekleed in druipende t-shirts, rennen gillend van plezier door de waterstralen en honden, duiken er in alsof het de heilige Ganges is. Ouders en hondenbaasjes kijken vanaf die lange houten bank aldaar toe met een mengeling van lichte wanhoop, vermoeidheid en liefdevolle acceptatie.
Ik betrap mezelf er dan altijd weer op dat ik écht geniet van die malle parade van kindergeluk en hondenpret. Want die fontein mag dan geen juweeltje zijn, op snikhete dagen is dat ding een ware binnenstadsoase… een verkoelend toevluchtsoord voor oververhitte Dordtenaren die soms wonen in matig geïsoleerde huisjes, waar de warmte gewoonweg niet meer uit te rammen is.
En ach ja, misschien hóórt die fontein wel precies zo te zijn: ongepolijst, een beetje mal, niet bepaald sierlijk, maar wél absoluut functioneel op die momenten dat het er écht toe doet.
Net als Schapekoppen zelf eigenlijk.

Plaats een reactie