‘I go where the birds go’


Je denkt dat je Dordt wel zo’n beetje ‘behandeld’ hebt. Duizenden stukjes, ofwel miljoenen woorden wijdde ik inmiddels aan dit malle plekje op aarde, waar ik het al het grootste deel van mijn leven vertoef. Ik gok dat ik vaker over de Voorstraat schreef dan dat er tegels liggen. En toch… ja tóch blijf ik me hier steeds weer verrassen en verbazen.
Op het hondenveldje bij de Prins Clausbrug staat een oude man luid te zingen. In een kinderwagen naast hem zitten twee teckels, half verscholen onder een dekentje.
We raken aan de praat en de man, die zich voorstelt als Theodoor, vertelt me dat hij al wandelend kris kras door Europa trekt.
,,Het leven is een reis… letterlijk, wat mij betreft. En daarom blijf ik lopen. In mijn jonge jaren stond ik als professioneel tenor in de meest prestigieuze theaterzalen van Europa. En nu… nu zing ik vooral op straat. Dit jaar zong ik op pleinen in Praag en parken in Krakau en Kopenhagen.’’
En ik, met mijn vaste rubriek, mijn vaste wandelroute en mijn vaste koffieplek, knik alsof ik precies begrijp wat hij bedoelt.
,,En waar gaat de reis nu naar toe?’’ vraag ik. Theodoor zet zijn teckels op het gras en antwoordt: ,,I go where the birds go… naar het zuiden dus.’’ Hier wordt het mij te koud, 
Toen zong hij verder… een melancholisch lied over afscheid, verlangen en onbekende bestemmingen.
Eenmaal thuis dacht ik na over die bizarre ontmoeting en even voel ik me als een ouwe operazanger met een té smal repertoire. Maar dan realiseer ik me: het leven is een reis, maar dat hoef je natuurlijk ook weer niet letterlijk op te vatten. Zelf ‘reis’ ik vooral in mijn columns met louter woorden als bagage en zo lang ik me nog altijd kan blijven verwonderen over zingende mannen met teckels in kinderwagens in een stad die me blijft fascineren ben ik nog lang niet uitgezongen.

Plaats een reactie