
Nu het wettelijk gezien is toegestaan gaan zullen ze ongetwijfeld straks ook in Dordt opduiken. Wat precies? Flitspalen in de stad, om precies te zijn op plekken waar je maximaal 30 mag rijden. Het Openbaar Ministerie constateert dat steeds meer gemeenten in Nederland de snelheidslimiet inmiddels op veel binnenstedelijke plekken hebben teruggebracht van 50 naar 30. Alleen was handhaven tot voor kort een wat ingewikkelde zaak, aangezien er tot voor kort in dit land niet ‘op 30’ geflitst kon worden. Dat kan, sinds het begin deze maand, voortaan dus wél en het zal mij benieuwen op welke Dordtse straten straks de eerste ’30-flitsers’ zullen verrijzen. Daar kom ik straks op terug, maar eerst neem ik even plaats in het biechthokje: ik rij niet altijd 30 op plekken waar 30 de limiet is. Dit simpelweg omdat ik er niet altijd aan denk. Nu is het ook weer niet zo dat ik op de Sint Jorisweg of het Steegoversloot nou écht véél harder rij, maar precies 30 is nu eenmaal best een wat concentratie vereisende ‘kruissnelheid.’ Ik doe daar overigens wél mijn best voor en heb er zelfs een sport van gemaakt om die elektronische smileys op die genoemde straten zo veel mogelijk in de (groene) lachstand te houden. Overigens heb ik tegenwoordig een auto die me daadwerkelijk waarschuwt en me zelfs letterlijk corrigeert als ik in een 30-km zone last heb van een wat ál te zware voet.
Nu de vraag: waar moeten die eerste ’30-flitsers’ nou komen in deze stad? U zult allemaal wel zo uw voorkeuren hebben, vermoed ik, maar persoonlijk opteer ik graag voor de ‘ouwe-Golfjes-met-spoilers-racebaan’ die zo’n beetje begint op de Johan de Wittstraat en via het Bagijnhof, via de Visstraat richting Lange Breestraat loopt. Daar is het al jaren achtereen in de avonduren nagenoeg permanent ‘showtime’ voor heen en weer racende petjespubers met een testostereonoverschot en een hang naar aandacht.
Best ‘rake’ column: er moet zéker iets aan gedaan worden aan ‘te-snel-heden’.
Leuke woord trouwens: petjespubers; lijk best op patjepeeër (oké een ouderwets woord)