
We zijn nu een maandje of drie pollerloos in de binnenstad en in plaats van met die zelfrijzende paaltjes word je nu als automobilist, of je nou Dordtenaar bent of toerist, geconfronteerd met het welbekende bord ‘verboden in te rijden.’ Dat lijkt me op zich duidelijk… ik bedoel, wie dát niet begrijpt heeft zijn of haar rijbewijs in een pak cornflakes gevonden. Even los van de, voor sommigen, misschien wat ingewikkelde venstertijden (op bepaalde plekken mag je op gezette tijden wél doorrijden), lijkt het ‘nieuwe systeem’ me niet bijster ingewikkeld. In mijn krant las ik dat het een mede-binnenstadsbewoner was opgevallen dat hij, nu de pollers vervangen zijn door borden, méér auto’s in de binnenstad ziet rijden en volgens mij klopt die waarneming. Ik vermoed dat het hier vooral toeristen betreft die eh… letterlijk de weg kwijt zijn. Nu hoef je met die toeristen geen medelijden te hebben, want ze krijgen, als ze voor het eerst de fout in gaan, geen boete, maar een keurig waarschuwingsbriefje in de bus. Pas bij een tweede overtreding is het dokken geblazen. Tóch klopt er iets niet… op de Vest bijvoorbeeld zie ik het herhaaldelijk gebeuren dat automobilisten (die de stad niet kennen) halverwege de straat geconfronteerd worden met het gegeven dat je niet rechtdoor (richting Steegoversloot) mag. Dat betekent uitwijken naar links dus… de Kolfstraat op, want omkeren is hier moeilijk als het druk is. Maar dan ‘stuit’ je uiteindelijk op het Statenplein, waar je óók niet op mag, aangezien dit een voetgangersgebied is. Ik sprak de afgelopen weken meermalen toeristen die zich, op een drukke zaterdag, min of meer hadden laten dwingen om – mét de meute mee – de parkeergarage in te gaan en iemand die, als gevolg van de ontstane rij achter hem, half in paniek besloot om dan tóch maar rechtdoor het autoluwe deel van de Vest op te rijden. Die toeristen voelen zich belazerd en dat kan natuurlijk nooit de bedoeling zijn van een toeristenstad.