
Je kunt tóch wel dansen, ook al is het niet met de bruid. Een jaar of drie geleden eindigde ik een column met dit spreekwoord. Die column ging over de Tour de France… om precies te zijn, over de plannen van Rotterdam om de Grand Départ van ’s werelds grootste wielerspektakel in 2024 óf 2025 in de Maasstad te organiseren. Enkele jaren daarvoor al voerde ik, samen met wielerscribent (en journalistieke Tourveteraan) Guido Bindels, een lobby om de tourstart, ter gelegenheid van Dordt 800, naar dit eiland te halen, alleen kreeg dit plan destijds bestuurlijk de handen niet op elkaar. Bindels en ik waren al volop in gesprek met enkele sleutelfiguren van de Rotterdamse tourstart in 2010 en de toenmalige burgemeester Arno Brok kwam het plan van de door ons uitgenodigde ervaringsdeskundigen met een ‘open mind’ aanhoren. Er was zelfs al een voorzichtig ‘lijntje’ naar Tourbaas Christian Prudhomme gelegd, maar een motie van de SP (‘We steken zelfs geen cent in voorbereidingen’) haalde in 2015 een raadsmeerderheid, dus ons idee werd min of meer in de kiem gesmoord. Nu echter hoorde ik de Rotterdamse burgemeester Aboutaleb in het programma De Avondetappe pleiten voor regionale samenwerking rondom de mogelijke Rotterdamse Grand Départ in ’24 of ’25. Hij had zelfs al ‘een lijntje’ uitstaan naar zijn collega Jan van Zaanen in Den Haag en ik heb begrepen dat ook de Dordtse burgemeester Wouter Kolff serieus ‘meedenkt’ over een mogelijke Dordtse of Drechtstedelijke betrokkenheid. Hoe dat precies zit weet ik niet, maar wat ik wél weet is dat het fotogenieke Dordt (en wie weet ook de prachtige Alblasserwaard) als mogelijke doorgangslocaties voor de Tour de France zeker geen modderfiguur zouden slaan. Ik zie de helikopterbeelden al voor me: een peloton dat, net als in 1954, over de Zwijndrechtse brug zoeft met de skyline van Dordt op de achtergrond. Goed… geen hoofdrol, maar dan wél een mooie bijrol. Een mens mag dromen toch?