
Nog even kom ik terug op mijn column van vorige week vrijdag: ik herinner me nog letterlijk de woorden van de voorzitter van de Stichting Tunnel Dordtse Kil (waarin de gemeente Dordrecht ook zitting had) dat het hooguit een jaar of vijftien zou duren eer dat deze tunnel tolvrij zou zijn. Inmiddels zijn we zo’n 44 jaar verder en vraag ik me af: ,,Zou ik het ooit nog meemaken… een tolvrije Kiltunnel?’’
Het is een vraag, zo realiseerde ik me ineens, die ik mezelf met het voortschrijden der jaren sowieso vaker voorleg dan voorheen. We zijn inmiddels alweer zo’n beetje op de helft van het jaar en dus lijkt het me wel aardig om eens op de, al dan niet letterlijk uitgesproken bestuurlijke ‘beloftes’ voor 2021 terug te komen. Daar werd ik niet blij van… van dat terugbladeren, want ik ontdekte dat er toch echt wederom een jaar voorbij dreigt te gaan zonder dat er aan bepaalde situaties ook maar iets daadwerkelijk veranderd is. Voorbeeldjes? Ik heb er meer dan me lief is: nog altijd staat er geen hotel aan het Vrieseplein (tien jaar geleden beloofd) en er zijn mij ook geen plannen bekend om op die ‘schaamplek’ dan op z’n minst te komen tot woningbouw. Nog steeds ook heb ik geen enkele bouwvakker gesignaleerd bij het voormalige V&D-pand waar een appartementencomplex moet komen (gaan die werkzaamheden dan volgend jaar misschien beginnen?), het Teerlink-gebouwtje aan de kop van de Kalkhaven staat inmiddels eveneens alweer bijna een decennium te verpieteren en projectontwikkelaar Van Pelt (de ‘gijzelnemer’ van het Teerlink-pandje, zeg maar) maakt intussen óók nog geen aanstalten om nu eindelijk eens te gaan beginnen aan de bouw van een appartementencomplex op de plek van het voormalige ANWB-kantoor aan de Spuiboulevard. Een binnenstad vol vervulde beloftes, een Teerlinkpand in ouwe glorie (als kroeg wellicht?), een waardig stadionnetje voor de lokale FC én een tolvrije Kiltunnel… dát zou ik allemaal graag nog willen meemaken.