
Ik doe er al een paar jaar niets meer aan, want eh… druk, druk, druk. Toch leverde de verkiezing Dordts Woord van het Jaar (ooit verzonnen trouwens door Jacqueline van Dongen, tegenwoordig wethouder te Zwijndrecht) in de afgelopen jaren een schat aan ‘nieuwe’ Dordtse woorden en uitdrukkingen op, waarvan ‘Schapetrots’ toch wel de állermooiste was. En misschien kunt u zich swaffeltherapeut (2013), pantoffelritje (2015) en loempiadichter (2018) nog wel herinneren. De betekenis van die woorden moet u zelf maar even ‘googelen.’
In 2019 ben ik gestopt als juryvoorzitter van deze verkiezing (waar we in 2011 mee begonnen) en daarna heeft geen enkele collega-journalist het verder opgepakt. Maar goed, aangezien ik dagelijks met taal bezig ben en ook nog eens ernstig lijd aan vakverloedering kan ik het niet laten om – dán voorlopig maar even zonder jury – tóch alvast wat aandacht te besteden aan opvallende woorden die dit jaar in de media opdoken. Koffermoord mag het wat mij betreft in ieder geval nooit worden… ik vind de aanleiding daarvoor simpelweg te droevig, al begrijp ik natuurlijk best wel dat zo’n woord er boven een artikel lekker uitspringt. In een krantenkop kun je immers niet veel letters kwijt; zo werd prinses Diana ooit vanuit praktische overwegingen omgedoopt tot ‘Di’ of ‘Lady Di’ en wist in de VS iedereen natuurlijk dat JFK stond voor John F. Kennedy. In Nederland hebben koppenmakers eigenlijk best mazzel, zo bedenk ik me nu, met een premier wiens achternaam uit slechts vijf letters bestaat. Hoe dan ook zie ik voor 2021 al een paar lokale taalpareltjes opduiken: terrortjalk (iets met een boot en een muur), ‘Bitter voor Dordt’ (die hoef ik niet uit te leggen), braniebrug (die dure bij Stadswerven dus), Croc-City (het distrubitiecentrum van die monstersloffen zit tegenwoordig in Dordt) en parkeerpandemie (Stadspolders). Of er daadwerkelijk een uitverkiezing komt? Ik wacht nog even tot december. Intussen bent u welkom om mee te denken.