
Laat ik vooropstellen dat ik ze mooi vind… die neonletters die onlangs bovenop de opbouw van Schouwburg Kunstmin geplaatst zijn. Die opbouw, destijds aangelegd om grotere producties (musicals, opera’s) in het theater te kunnen presenteren heeft namelijk een wat onbestendige kleur en in de avonduren of onder mistige omstandigheden is het soms nét of de tekst ‘heart of the city’ (soms te lezen als ‘art of the city’) in de lucht zweeft. Dus nogmaals prachtig om te zien en, wat mij betreft, verschaffen die letters het theater een terechte en gegunde ‘grandeur.’
Tóch heb ik ook wel wat te zemelen (je blijft columnist nietwaar). Zo’n vijf jaar geleden namelijk moest een bewoner van een nabij Kunstmin gelegen huis aan de Singel de zonnepanelen van zijn dak verwijderen omdat die dingen het aangezicht van de stad zouden schaden. Een malle beslissing, zo schreef ik destijds. Niet dat ik zonnepanelen nou zo mooi vind, maar simpelweg omdat ik als inwoner van Dordrecht, gezien het nut van die dingen, reuze bereid ben om me hier niet aan te storen. Net zoals ik me ook niet stoor aan die imposante kubus bovenop Kunstmin omdat de schouwburg hierdoor nu producties op de planken kan zetten die daar voorheen niet haalbaar waren. Kortom het is altijd een kwestie van keuzes maken tussen mooi en noodzakelijk en wat mij betreft hoeven we niet altijd alles bij het oude te laten ter meerdere eer en glorie van de esthetiek. Maar helaas… woon je als Dordtenaar nét aan de buitenrand van de binnenstad, dan mág je dus geen (vanaf de straat zichtbare en gasbesparende) zonnepanelen op je dak laten zetten omdat je daarmee het zogeheten beschermde stadsgezicht aantast. De gemeenteraad legde dit, vandaag een jaar geleden, in meerderheid vast, maar meet nu dus eigenlijk met twee maten. Ik zeg: leve die neonletters op Kunstmin, maar dan ook snel terugdraaien… dat malle verbod op zonnepanelen in de 19de eeuwse schil.