Als beroepsslenteraar van valt het mij op dat er de laatste tijd veel werkzaamheden in de stad plaats vinden; er wordt gebouwd, gesloopt, er worden riolen hersteld, leidingen gelegd en gleuven gegraven. Prima natuurlijk, maar soms ook lastig… voor automobilisten met haast, of voor fietsers en wandelaars die zomaar ineens een potje moeten gaan slalommen. Om dat allemaal een beetje in goede banen te leiden zijn er eh… gele hesjes. Die zie ik steeds vaker tegenwoordig. Nee, niet die protesterende hesjes… ik bedoel verkeersregelaars. Manmoedig (sorry, mensmoedig) waaghalzen zij zich rond opgebroken straten en kruispunten waar zij schijnbaar onverstoorbaar de verwensingen uit zijraampjes in de juiste richting wuiven. Alleen al om die reden zouden ze een beter salaris verdienen. Volgens mij worden die gele hesjes namelijk nogal matig betaald. Waarom ik dat denk? Ik stuitte onlangs op twee auto’s die naadloos het trottoir blokkeerden. Vreemd, want vlakbij wachtten zes lege parkeerplekken op betaalde bezetting. Twee jonge moeders met kostbaar gevulde kinderwagens kozen dan maar de straat als vluchtweg. Twintig meter verderop regelden twee hesjes het verkeer. Blijkt één van hen de eigenaar van een blokkerende auto te zijn. Mág dat zomaar… een verkeersregelaar die met de eigen auto het trottoir blokkeert? ,,Dat kán niet anders meneer. Ik mág niet op de beschikbare parkeerplekken staan, want dat is publieke ruimte, écht waar meneer.’’
Ik ruik een column en informeer bij de afdeling parkeren ‘We geven uw melding meteen door’, zo wordt me beloofd, maar drie uur later staat de auto er nog steeds. Dan maar via de gemeentelijke app Fixi. Misschien dat dát wel werkt. Nee dus, want vijf dagen later staat die ‘lastige’ melding nog altijd genoteerd als: ‘in behandeling.’ Gevalletje Veni, Fixi, Foetsie, zullen we maar zeggen.
Misschien kan de gemeente aannemers verplichten om personeel betaald te laten parkeren en het nodige parkeergeld aan verkeersregelaars vergoeden… hoeft niemand meer onderbetaald het voetgangersverkeer te ontregelen.