Eigenlijk kon Maria Wiebosch geen kant meer op. Opstappen als burgemeester van Hardinxveld-Giessendam is misschien wel de beste beslissing die zij in haar Alblasserwaardse periode ooit nam. Er is toch al weinig liefde verloren tussen het 17.000 zielen tellende dorp en haar eerste vrouwelijke burgemeester die nota bene nog van Groen Links kwam ook, een partij die in het plaatselijke politieke speelveld nimmer een voet aan de grond kreeg.
,,Ik verwacht geen beren op de weg”, verkondigde Maria nog bij haar aantreden, nu alweer ruim vier jaar geleden in het zwaar gereformeerde Hardinxveld. Hoe mis kan een mens het hebben? Goed, de Hardinxveldse beren waren verkleed als heren, want de mannenbroeders maken in Hardinxveld-Giessendam nu eenmaal al sinds jaar en dag de dienst uit. En, al zullen ze dat achteraf nooit toegeven, die heren lagen al vanaf dag één op hun kans te wachten om Maria (niet bepaald een ideale voornaam in een gereformeerd bolwerk) naar de uitgang te loodsen.
En dat allemaal om een duur uitgevallen trouwzaaltje in het gemeentehuis. Een ton had de plaatselijke politiek uitgetrokken om dat zaaltje op te knappen en Wiebosch (portefeuillehouder facilitaire zaken) was verantwoordelijk om die klus te klaren. Dat deed zij vol enthousiasme, maar ook nogal solistisch. En toen bleek dat de kosten gierend uit de klauwen waren gelopen, schrok de raad zich een rolberoerte. En dus werd Maria, tijdens een raadsvergadering enkele weken geleden, stevig op de vingers getikt. Diverse moties waarin haar de wacht werd aangezegd, haalden het nét niet, maar het was toch voor iedereen duidelijk dat Maria van nu af aan ‘in blessuretijd leefde’. Solistisch handelen bracht haar eerder al in de problemen, toen zij in 2007 als burgemeester van Jacobswoude naliet om de raad te informeren over de aanwezigheid van een pedofiele zeilschoolhouder in die gemeente. Toen kwam ze er nog mee weg. In Hardinxveld waren de messen, of beter gezegd de berenklauwen scherper geslepen. De bedenktijd die zij zichzelf (in een korte vakantie) gaf, was eigenlijk geen bedenktijd, maar Tom Tom-tijd: hoe kom ik op 62-jarige leeftijd zo snel mogelijk, zonder omweg en met een acceptabel financieel vangnet dit dorp uit?