En zo kreeg Dordt zomaar een Ark en een Onderwijsmuseum in de schoot geworpen. Dat is misschien wat sterk aangezet, maar laten we zeggen dat de factor toeval hier zeker een grote rol speelde. Daar moet ik dan eerlijkheidshalve wel bij vermelden dat de gemeente dit ‘geluk’ toch ook deels zelf heeft afgedwongen door accuraat te reageren en te faciliteren. Johan ‘Noach’ Huiberts, de man achter De Ark, verwacht dat zijn attractie jaarlijks ongeveer 300.000 mensen trekt. Ik denk dat dit wat optimistisch is ingeschat, maar al zou het hooguit een kwart daarvan zijn, dan blijft het zaak om er voor te zorgen dat de stad meeprofiteert.
Mocht je vooraf de keuze hebben dan je zou in eerste instantie misschien niet eens direct kiezen voor een Ark op dit eiland, maar een min of meer gegeven paard, of laten we dan maar zeggen een viervoeter die op eigen beweging is komen aanwandelen, moet je niet in de bek kijken. Hoewel, je mag en moet toch wel even een kleine ‘gebitscontrole’ doen, want aan een ziek paard heb je ook weer niks. De gemeente bleef gelukkig scherp door niet ‘blind’ met Johan Huiberts ‘in zee’ te gaan en harde eisen te stellen waar het gaat om de veiligheid van de bezoekers. Prijzenswaardig is ook de wijze waarop zo snel al een parkeerplaats gerealiseerd is en het is te hopen dat die brug richting binnenstad er nu ook spoedig komt, zodat de Ark-bezoekers wat makkelijker te verleiden zijn om in het centrum een tientje te komen stukslaan. Is de Ark nu ook een ‘Dordtse Ark geworden? Natuurlijk: een bijbelse attractie in ‘Statenbijbelstad’ Dordt past prima in ‘ons’ totaalplaatje qua aanbod. Hier liggen straks mogelijkheden voor het verbouwde Hof, want die Ark-gangers zullen vast wel belangstelling hebben voor die plek waar in 1619 is besloten om de bijbel in het Nederlands te vertalen. Datzelfde geldt voor het Dordrechts Museum dat zoveel prachtige bijbelse werken van Rembrandt, Cuyp en Scheffer ‘in huis’ heeft.
Morgen in deze column die andere ‘aanwaaier’, het Nationaal Onderwijsmuseum.