
Ga je het nou wéér over de Grote Markt hebben? Ik hoor het u denken, want ik had het er immers vorige week al over. Ik kan eigenlijk niet anders, want u reageerde nogal enthousiast op de column, die ik schreef naar aanleiding van een aantal recente eh… ‘ontwikkelingen’ met betrekking tot die plek. Ten eerste heeft de gemeente er nu eindelijk serieus wat Eneco-peseta’s voor over om de Grote Markt (momenteel toch vooral een veredeld parkeerterrein) een heuse make-over te geven, ten tweede kocht projectontwikkelaar Pieter van Loon onlangs de onderkant van dat grote woonblok – dat van Christa’s cookies nabij de Wijnstraat tot en met de Action en het daarnaast gelegen voormalige café nabij De Waag loopt – met als doel om hier appartementen van te maken; en ten derde omdat de bekende Dordtse architect Andries Lugten, naar aanleiding van al die ‘beweging’ vervolgens de kans schoon zag om zijn al vaker uitgedragen evangelie uit te dragen, namelijk dat de Grote Markt een meer zichtbare ‘schakel’ moet worden tussen het stadscentrum en de historische havens. Ik bedoel dat zeker niet spottend, want ik ben het daar van harte mee eens. Vandaag de dag is de Grote Markt vooral de plek waar toeristen tegen elkaar zeggen: ‘Hier houdt het wel zo’n beetje op Mien, we gaan terug.’ Jawel, het schijnt écht zo te zijn dat dagjesmensen, na een wandeling door de binnenstad, niet zelden huiswaarts keren zonder kennis te hebben gemaakt met dat prachtige havenkwartier even verderop, simpelweg omdat de Grote Markt (en de daarachter gelegen Tolbrugstraat Waterzijde) in alles ‘einde wandeling’ uitstralen. Oh ja… en er is ook nog een ‘ten vierde’, want ik eindigde mijn column van vorige week met zomaar een gedachte… namelijk dat het misschien aardig zou zijn als de weekmarkt weer zou terugkeren naar de plek waar ‘ie ooit (althans deels) stond. Dat verlangen zit, gezien de hoeveelheid positieve reacties hierop, kennelijk diep bij Dordtenaren.
Afbeelding: Bloemen kopen op de Grote Markt, beginjaren ’80. Bron: Regionaal Archief Dordrecht.