
‘Het was een mooi programma en ik begrijp je nu nóg beter.’ Dát waren de woorden die ik Xuan Tran en zijn echtgenote LâmCi ‘appte’ nadat ik afgelopen zondagavond ‘Een programma over de jaren tachtig’ van Teun van der Keuken gezien had. Dordt kent Xuan vooral als loempiaverkoper… slechts weinigen weten dat hij ook een verdienstelijk en door landgenoten over de hele wereld veelgelezen dichter is. We kennen elkaar al vanaf het moment dat hij zijn kraampje op de Visbrug begon (ik interviewde hem voor deze krant als eerste toen hij beginjaren tachtig in Dordt arriveerde), maar op de een of andere manier drong het levensverhaal van deze voormalige bootvluchteling – dat ik eigenlijk al min of meer kende – nu harder dan ooit tevoren tot me door. Waarom? Omdat Xuan (spreek uit Xuun) zijn relaas nu in zijn moedertaal kon houden; wij converseren meestal in een soort combinatie van gebrekkig Nederlands, aangevuld met Franse en Engelse woorden. Dankzij de ondertiteling kreeg ik nu meer nuances mee, bijvoorbeeld over hoezeer hij nog altijd zijn vader en oom mist die, na het samenvoegen van ‘zijn’ Zuid-Vietnam en het communistische Noord-Vietnam, door op wraak beluste communisten werden vermoord.
Bij het bekijken van het programma van Van der Keuken viel mij sowieso op dat veel oudere, hier woonachtige Vietnamezen, nog altijd moeizaam Nederlands spreken. Dat heeft te maken met het feit dat zij hier aanvankelijk vooral op zichzelf en elkaar waren aangewezen. Zo waren er destijds nauwelijks opvangprojecten of cursussen ‘Nederlands voor Vietnamezen’ en dus ging die eerste generatie Vietnamese vluchtelingen simpelweg keihard aan het werk (meestal door eigen bedrijfjes op te zetten) om hun kinderen in dit land een toekomst te kunnen verschaffen. Mijn bewondering voor Xuan is na het zien van dit programma alleen maar groter geworden en het doet me zeer dat hij het graf van zijn vader, óók na ál die jaren, nog altijd niet heeft durven bezoeken.
FOTO: VPRO